The Vremde Mirror

Het enige betrouwbare medium uit Vremde buiten paragnostische Agnes

Categorie: Uncategorized

Vereenvoudiging in aantocht: play-offs beslissen over uitzendrechten Belgisch profvoetbal

De Pro League heeft een akkoord bereikt met alle stakeholders om de verdeling van de tv-rechten voor het Belgisch profvoetbal vlotter te laten verlopen. Een play-offsysteem moet soelaas bieden.

De bedachte verdeelsleutel is heel eenvoudig, neemt minder dan een kalenderjaar in beslag en beslist wie het volgende voetbalseizoen mag uitzenden. Volgens de Pro League is het systeem transparanter en begrijpelijker voor de voetbaluitzendrechtenfan dan het huidige systeem.

Ter waarborging van de eerlijke mededinging vindt eerst een reguliere competitie plaats waarin de zestien kapitaalkrachtigste potentiële rechtenhouders twee keer tegen elkaar uitkomen. De beste 4 nemen het vervolgens in play-offs nog eens tegen elkaar op. De winnaar krijgt de uitzendrechten van het Belgische profvoetbal en de Champions League. De nummer 2 zendt de Europa League uit en mag uitgebreide samenvattingen tonen van de Belgische voetbalcompetitie. De nummer 3 mag onderhandelen met de nummer 2 om samenvattingen van de samenvattingen te tonen en vecht met de winnaar van de Europe Play-Offs (de nummers 5-14 van de reguliere competitie nemen het in een minicompetitie ook nog eens tegen elkaar op) om de uitzendrechten van de Conference League. De nummer 15 en de nummer 16 nemen het ook tegen elkaar op. De verliezer moet alle matchen van de Challenger Pro League uitzenden. Wie de uitzendrechten van de Croky Cup krijgt, wordt in een apart format met rechtstreekse uitschakeling beslecht.

Toch zijn hiermee nog niet alle problemen van de baan. De rechtenhouder van de voetbaluitzendrechten DAZN ligt in conflict met andere potentiële rechtenhouders waardoor fans zonder DAZN-app op de eerste speeldag noch live noch achteraf beelden konden zien van de topper tussen Telenet en Proximus.

33. Over het onweerstaanbare gebruiksgemak van de hypocrisiebeschuldiging

Er zijn twee manieren waarop een mens niet wil worden gezien: op een fatbike en als een hypocriet. Ik moest er vorige week aan denken (ik zat hierbij niet op een fatbike, toen niet) ter gelegenheid van de passage van Johan Bruyneel in Vive le vélo die later werd gerechtvaardigd door het feit dat de UCI Richard Virenque en andere ex-dopinggebruikers wel verwelkomt in de Tour. Nu kan de UCI wel wat hebben (hypocriet van mij?) en gaat het hier niet over leven en dood en zijn er andere argumenten te bedenken dan ‘Richard Virenque mag het wel’ waarom Bruyneel het Tourcircus met een bezoekje mag verblijden, niettemin is elk geval anders (in dit geval pathetisch versus misdadig gedrag) en heft het ene kwaad het andere niet op.

In maatschappelijk belangrijke discussies (wat ik natuurlijk wil zeggen: in andere maatschappelijk nog belangrijkere discussies) wordt het gebruik van de jij-bak een stukje wranger. Zo blijken diegene die er een minimalistische opvatting op nahouden over de genocide in Gaza vaak wel bezorgd over de oorlog in Soedan. Ze formuleren het alleen een beetje onhandig door mensen die weinig sympathie voelen voor genocides (meestal worden deze mensen in minder vriendelijke bewoordingen gelabeld, daar zou je al iets uit kunnen opmaken, maar laten we in deze column even uitgaan van het goede van de mens) te verwijten dat je hen hierover dan weer niet hoort. Niet dat de vraagsteller oprecht inzit met de door oorlog en honger op de vlucht geslagen Soedanezen (stel je de vraag: zou de vraagsteller zonder de rampspoed in Gaza weten dat er in Soedan een oorlog gaande is?), het is hem (meestal een hem, niet zelden ook met als voornaam Maarten), ondanks de onbeschrijfelijk schrijnende humanitaire toestanden, te doen om mensen wier moreel kompas wel af en toe activiteit vertoont ongeloofwaardig te maken.

(je zult zien dat het conflict tussen Cambodja en Thailand plots op veel belangstelling kan rekenen, ironisch genoeg omdat ‘je er niemand over hoort’, al valt het nooit uit te sluiten dat er een expert over grensconflicten in Zuidoost-Azië opduikt die al een leven lang op dit moment wacht)

Hypocriet is wel: vurige betogen voeren over de liberaal-democratische waarden en het internationaal recht, maar hulpeloos naar je voeten staren wanneer een bondgenoot een genocide pleegt in plaats van al je macht te gebruiken om die te beëindigen.

Nu kunnen we een filosofische discussie voeren over collectieve en individuele verantwoordelijkheid, maar dit alles moet herkenbaar in de oren klinken van klimaatactivisten die zijn gespot in de Quick. Dat neemt niet weg dat een lamskotelet etende tiener die met de ouders jaarlijks naar Andalusië vliegt en tegelijk de politiek aanzet om een effectief klimaatbeleid te voeren nog altijd beter is voor de planeet dan een lamskotelet etende tiener die met de ouders jaarlijks naar Andalusië vliegt en geen actie voert. Ze zeggen in feite: we kunnen dit niet alleen, zend hulp!  

Hypocriet is wel: met de glimlach verdragen ondertekenen en wetten goedkeuren, maar daarna met de glimlach weigeren het beleid te voeren dat noodzakelijk is om de doelstellingen te behalen. Extra punten als je als zelfverklaard hoeder van de rechtsstaat vervolgens je eigen wetten niet in de praktijk omzet en rechters activistisch noemt omdat ze binnen hun controletaak je op je verplichtingen wijzen die je bent aangegaan.

We worden graag als consequente mensen beschouwd waardoor de hypocrisiebeschuldiging min of meer het ergste is wat een mens kan overkomen, in die mate dat het soms verwijtbaarder lijkt om als een hypocriet door het leven te gaan dan om de aarde kapot te exploiteren of een genocide te plegen. Het is niet alleen een oneerlijke wedstrijd die de hypocrisieverwijters altijd winnen, omdat het nu eenmaal onmogelijk is om volstrekt zuiver in de consistentieleer te zijn, maar ook omdat je van wie niets doet niets kunt verwachten behalve hoogstens van anderen de maat nemen. (oké, misschien ook weten dat Soedan een land is dat zelfs met het blote oog relatief zichtbaar is op de landkaart) Je zou dit soort morele sabotage … kunnen noemen. (ik zou het minstens duizend keer kunnen zeggen, maar ik kan even niet op het woord komen)

Matthias Vangenechten

32. Remco Evenepoel en de media: een handleiding

Het is niet eenvoudig om Vlaamse wielerjournalist te zijn. Voor de ene zijn ze te kritisch, voor de andere te veel supporter. Met behulp van deze goed-fouthandleiding kunnen ze het vanaf heden alleen maar goed doen!

(c) Wikimedia Commons

1. Welke Belgische renner won vorig jaar olympisch goud in het tijdrijden en op de wegrit?

Fout: Remco/de ket van Schepdaal/de aerokogel

Goed: Evenepoel/Remco Evenepoel

2. Je hebt je laten vertellen dat Evenepoel voor de familie van zijn vrouw zorgt.

Fout: je vindt dat er te weinig sappige niet-geverifieerde privéverhaaltjes de ronde doen over renners en gooit dit zo achteloos mogelijk op in een talkshow.

Goed: je haalt je schouders op als je dit hoort. Het is niet omdat je betaald wordt om over wielrennen te praten dat het verboden is om een beetje zelfrespect te hebben.

3. Evenepoel staat aan de start van de Tour.

Fout: je laat je meeslepen in de hoge verwachtingen van Evenepoel en zijn entourage. Je projecteert zijn opvoeringen in eendagswedstrijden op drie weken bergje op bergje af rijden in de Tour. Je presenteert hem als één van ‘de grote drie’, omdat hij vorig jaar derde werd in de Tour op ruim negen minuten van Pogacar. Je schrijft al je verwachtingen netjes op en laat de eindredactie een stevig aangezette titel kiezen.

Goed: als wielerjournalist kijk je niet alleen naar de wedstrijden waar Evenepoel en Van Aert starten. Zo weet je dat het niet evident is dat hij de uitdager wordt van Pogacar en Vingegaard, omdat er gek genoeg nog andere renners starten onder wie enkele die dit jaar een stukje beter uit de verf komen in rittenwedstrijden. Een derde plaats kan zeker en dat is op zich al een bewonderenswaardige prestatie. Overdreven verwachtingen leveren misschien de meeste airplay op, maar daar is het jou als journalist uiteraard niet om te doen.

4. Evenepoel sommeert een kind dat een handtekening vraagt uit de weg te gaan vlak na een Touretappe.

Fout: je plaatst de beelden op je website want je ziet dat ze op sociale media gretig worden verspreid, je denkt daarna ‘oh nee, we moeten hem nog drie weken voor de etappe kunnen vragen of hij lekker heeft geslapen en nu gaat hij boos zijn op ons’, dus publiceer je een nieuw bericht met beelden van zijn eigen ploeg hoe Evenepoel kinderen een handtekening geeft en schrijf je expliciet op dat het logisch is dat Evenepoel vlak na de rit eventjes te moe is om handtekeningen uit te delen, maar dat hij daarna als weldoener van de wereld daar graag tijd voor maakt.

Goed: je herinnert jezelf eraan dat je een journalistiek medium bent en niet een onderafdeling van de cel marketing van een wielerploeg. Het is niet alleen zaak om te matigen qua toon die alle kanten uitschiet, maar ook om te matigen qua hoeveelheid berichten. Al de berichtgeving over Evenepoel vormt op zichzelf al een geologische laag zonder dit soort hijgerig non-nieuws.

5. Evenepoel wint de tijdrit.

Fout: nu is hij echt vertrokken. Hij staat voor Vingegaard in het klassement. Die zal aan Evenepoel een vette kluif hebben! Of moeten we nu zeggen dat Vingegaard de grote uitdager van Evenepoel is? En Pogacar kan ook altijd iets meemaken! Je neemt een selfie met de winnaar en zet het op je sociale media. ‘Selfie met de toekomstige Tourwinnaar?’

Goed: tijdrijden is de specialiteit van Evenepoel. Prachtige prestatie, dat mag blijven worden gezegd, maar eerdere wedstrijden hebben aangetoond dat bergop rijden de grote test wordt.

6. Hij geeft op in de Tour. Je… 

Fout: je verfoeit zijn gebrek aan doorzettingsvermogen na drie lange revalidaties na zware valpartijen, hij had immers nog een rit kunnen winnen en schrijft op welke wedstrijden hij moet rijden na de Tour.

Goed: je stelt vast dat niet alles je is verteld over zijn voorbereiding en je wilt er nu werkelijk het fijne van weten. Je spoort mensen uit zijn omkadering aan om zonder meel in de mond met een eenduidige verklaring te komen. Je vraagt je af hoe het kan dat met deze wetenschappelijke begeleiding het gissen is naar een oorzaak.

7. Hij geeft op in de Tour. Je bent hoofdredacteur van het VRT-journaal. Je erkent de nieuwswaarde van zijn opgave, maar wil tegelijkertijd ook maat houden.

Fout: je houdt maat door het nieuws van 19 uur te beginnen met het bericht over een Evenepoel die in tranen (sterk te benadrukken) de Tour verlaat. Je laat het item over zijn opgave 6 minuten en 40 seconden duren. Het vijfde item over de oorlog in Gaza duurt 1 minuut 45 seconden.

Goed: je houdt maat door een opgave van een renner in de Tour net zoals een luisterrijke triomf van een renner in de Tour te reserveren voor het sportblok aan het eind van het nieuws. Het is niet de bedoeling dat mensen hun tranen op zijn bij het item over Gaza omdat ze vlak voordien Evenepoel vanuit alle mogelijke camerastandpunten een bidon aan een kind hebben zien geven.

Matthias Vangenechten

31. Israël beschiet voedselbedelingen Gaza: EU komt met zo krachtig mogelijk statement

Je gaat om eten en keert in een lijkzak terug. Dat Israël burgers lukraak neerknalt die wachten in rijen bij voedselbedelingen strekt de EU-leiders tot bezorgdheid die ze uitdrukken in een gezamenlijk en zo fors mogelijk statement. Leest u maar even mee.

Tot onze spijt (26 van de 27 EU-leiders zijn akkoord met het gebruik van het woord ‘spijt’. Duitsland spreekt liever van een ‘vaststelling’ of ‘Naar onze smaak die per definitie subjectief is en dus zeker voor discussie vatbaar is’, maar gaat akkoord met het woord ‘spijt’ als het statement duidelijk aangeeft dat het voor Duitsland om een vaststelling gaat en dat het aanvankelijk gebruikte adjectief ‘grote’ voor het woord ‘spijt’ sneuvelt.) vallen er doden onder de Gazanen (De aanvankelijke woordkeuze ‘schiet het Israëlische leger Gazanen dood’ werd door twee derde van de lidstaten als onnodig beschuldigend beschouwd.) die een hapje willen eten omdat ze een hongertje hebben. (Eerst stond er: ‘onder de Gazanen die honger hebben’. Ongeveer de helft van de lidstaten vindt dat dit de indruk wekt dat de honger iets structureels is in Gaza, waardoor automatisch naar de agressor wordt gekeken die mensen zou uithongeren. De andere helft kan zich verzoenen met de tekst als de woordkeuze eenvoudigweg wordt toegelicht.)

We roepen als EU-leiders de Israëlische regering op om in de zo nabij mogelijke toekomst (Nu, direct of onmiddellijk eisen zou getuigen van zelfoverschatting, zo werd geoordeeld.) een poging te ondernemen deze praktijk zo definitief mogelijk en weliswaar binnen de grenzen van het haalbare en met respect voor de eigen tradities een halt toe te roepen.

Mocht blijken dat de Israëlische regering onvoldoende gevolg geeft aan deze oproep, zal er een tweede oproep volgen die nog kordater zal zijn.

Het woord ‘onvoldoende’ wordt in een aparte resolutie toegelicht. Hoeveel kordater die zal zijn, wordt op een later ogenblik beslist.

Ook bevat deze oproep de stellingname dat misdaden tegen de menselijkheid over het algemeen en mogelijke uitzonderingen daargelaten een zorgwekkend karakter hebben.

De oproep somt bij wijze van illustratie enkele misdaden tegen de menselijkheid op zoals uithongering als oorlogstactiek, het systematisch bombarderen van ziekenhuizen, het uitmoorden van burgers onder wie duizenden en duizenden baby’s en kinderen, ministers die hardop fantaseren over een etnische zuivering en die vervolgens in de praktijk brengen etc.

Het spreekt voor zich dat deze opsomming willekeurige voorbeelden bevat en gelijkenissen met de werkelijkheid louter op toeval berusten. (Sommige landen wilden de voorbeelden schrappen uit dit statement. Andere landen geloven in de kracht van voorbeelden. Als compromis is geopteerd voor de disclaimer voor deze toelichting tussen haakjes.)

In de hypothese dat er zich genocidale (spreektalige connotatie, niet juridisch bedoeld) daden zouden voltrekken in Gaza, bevat deze oproep logischerwijs de stellingname dat dit een zorgelijke evolutie is die volgens de EU-leiders unaniem (!) valt te betreuren.

Mocht blijken dat de Israëlische regering onvoldoende gevolg geeft aan deze oproep, zal er een tweede oproep volgen die nog kordater zal zijn.

Het woord ‘onvoldoende’ wordt in een aparte resolutie toegelicht. Hoeveel kordater die zal zijn, wordt op een later ogenblik beslist.

In de hypothese dat de Israëlische regering geen gehoor geeft aan deze tweede oproep, kan de EU niet langer uitsluiten dat het zal dreigen met de mogelijkheid om te bekijken of er al dan niet maatregelen of acties kunnen worden getroffen. Dat is overigens niet alles. De EU zal tegelijkertijd een bericht de wereld insturen dat in alle lidstaten de bezorgdheid omtrent de situatie aanwezig is.

De mogelijkheid om te bekijken of er maatregelen of acties kunnen worden getroffen, gaat uiteraard pas van kracht nadat een onafhankelijke onderzoekscommissie de situatie eerst grondig in kaart heeft gebracht en gebeurt met respect voor het internationaal recht. Dat niet respecteren zou neerkomen op onszelf helemaal ongeloofwaardig maken bij de Israëlische regering.

De tijd van de omfloerste bewoordingen is voorbij. We hopen met dit statement de Israëlische regering te ontmoedigen om daden te stellen die ons ertoe zouden kunnen aanzetten om verdere stappen te zetten in het proces van een eventueel besluit over potentiële maatregelen. Voor de EU is de maat nu echt stilaan voor een tiende vol. Grijp deze allerlaatste kans alvorens er zich een nieuwe aandient.

De EU-leiders

Matthias Vangenechten

30. Dagboek van een wielerjournalist in de Tour

Het was een prachtige eerste Tourweek en ik geef graag een podium aan een Sporza-wielerjournalist die erbij was en voor het nageslacht een dagboek bijhield.

Zaterdag

Zaterdag was al bij al een mooie dag. Het aantal Vlaamse fans was niet te tellen. Letterlijk. Ik kreeg van de Sporza-hoofdredactie het klusje om te weten te komen hoeveel Vlamingen en niet-Vlamingen er langs de kant van het parcours stonden. Ik stuurde mijn hoofdredacteur dat mijn aanvoelen zegt dat er meer Vlamingen dan niet-Vlamingen op het parcours stonden. Een boos berichtje van mijn hoofdredacteur: ‘Nu moet Ruben in het journaal dingen zeggen op basis van wat hij zich heeft laten vertellen.’

Na de rit aan Remco (ik mag Remco zeggen) enkele vraagjes gesteld. Vooraf gelukkig filmpje van boze Remco gezien die geen handtekening geeft aan kind vlak na de etappe. Handtekening vraag ik een andere keer. Daarna filmpje gezien van Remco die handtekeningen uitdeelt nadat hij even op adem is gekomen. Nu spijt. Tijdens interview was hij zichtbaar gekalmeerd.

Zondag

Zondag waren er twee hoogtepunten. Voor de etappe kon ik een selfie maken met Jasper Philipsen. Ik moest aanschuiven, want er zijn ook veel andere Vlaamse wielerjournalisten in de Tour. In kleinere koersen moet je de renners met minder fans delen.

Na de etappe mocht ik vraagjes stellen aan Mathieu van der Poel, toch ook een beetje een Belg. Ik had gelukkig veel inspiratie die dag. Ik vroeg hoe hij zich voelt nu, hoe hij dit gaat vieren en nog iets over champagne. De kijker is geïnformeerd.

Maandag

Maandag heb ik Remco (ik mag Remco zeggen) geïnterviewd voor de start van de etappe. Uiteraard kritisch. Normaal gezien doet Ruben mijn job, maar de Tour is te klein voor hem geworden.

Ik zei hem dat ook fors: ‘En nu Remco, nu ga ik een kritische vraag stellen.’ Daarom ben ik per slot van rekening journalist. Ik vroeg op een zo afstandelijk mogelijke toon of hij lekker had geslapen. Je zag dat hij moest nadenken. Dat is het verschil dat je wil maken.

Dinsdag

Op het matje geroepen. Ik had die vraag niet mogen stellen aan Remco. Te negatief. Vraag hem liever hoeveel handtekeningen hij heeft uitgedeeld de afgelopen 24 uur. ‘Oké chef’, zei ik in de hoop dat het hierbij zou blijven. Mijn chef hield het hier echter niet bij: ‘Nu wil Remco misschien niet meer naar de tafel van Karl komen.’

Toen wist ik hoe laat het was. Boos telefoontje van Karl. ‘Die bewijsdrang is voor niets nodig. Laat het niet altijd zo over jezelf gaan’, beval hij.

‘Ik ga met dat advies aan de slag, maar geef me nog een kans’, smeekte ik hoewel ik wist dat er aan de geijkte minimumstraf voor dit soort vergrijpen geen ontkomen was.

Woensdag

Woensdag was een dag om snel te vergeten. Het was een dag die je alleen maar kon overleven als je vergeet met welke idealen je ooit journalistiek begon te studeren en welke beproevingen je doorstaan hebt om die master journalistiek te behalen. Dat wist ik. Maar je weet hoe dat gaat, hoe meer je aan iets niet wil denken, hoe meer je eraan denkt. Als straf moest ik me een volledige shift begeven in het afvoerputje van het internet. Het enige positieve dat ik kan zeggen is dat er op de webredactie van Sporza airco is.

Donderdag

Een grote opluchting. Ik mocht een dag vol onzekerheid wanneer een renner iets op Instagram zet achter me laten en zit weer in de Tour. Het was toch weer even zoeken. Bij de start passeerde er een renner in een gele trui. Zijn gezicht zei me iets. Ik moest hem bedremmeld hebben staan aanstaren, aangezien hij vroeg in het Engels of ik een interview van hem wilde. Ik gebaarde van niet en beende weg op zoek naar een landgenoot.

’s Avonds kreeg ik een zware klap te verwerken. Ik moet voor de interne deontologische commissie verschijnen. Een grote vestimentaire fout gemaakt. Ik droeg nochtans zoals altijd slippers en een korte broek maar geen shirt uit de webshop van Vive le vélo. Ik besef dat ik mijn lot niet meer in eigen handen heb. Straks toch even opzoeken of er al iemand levend uit de online redactie is gekropen na drie opeenvolgende dagen.

Matthias Vangenechten

29. We hebben een helmplicht voor automobilisten nodig

Er is al een tijdje een vurig debat gaande: moeten automobilisten een helm dragen of niet? Ik vind van wel.

Het probleem is bekend: er sterven meer dan dubbel zoveel automobilisten in het verkeer dan fietsers. Ze zitten in een kooi van een ton of meer die ze zelfs met een VO2max van -30 zonder zuchtje inspanning verplaatsen. Dat leidt tot ongelukken en zware hoofdletsels. Een gordel alleen volstaat niet. We moeten automobilisten beter beschermen, maar ook de hele samenleving.

Tegenstanders zeggen dan dat een autohelmplicht automobilisten niet trager doet rijden, niet nuchter achter het stuur doet kruipen of hun smartphone aan de kant doet schuiven, maar zij gaan daarbij bewust voorbij aan een hele rist maatschappelijke voordelen. Het is niet voor niets dat de automobielsector tegen is. Zij vreest dat mensen door een helmplicht de auto mijden, wat onze blik op mobiliteit radicaal zou veranderen. Doordat er minder mensen de wagen nemen, zal het openbaar vervoer populairder worden en zullen er meer zachte weggebruikers zijn, met alle gevolgen van dien natuurlijk. De druk om te investeren in openbaar vervoer wordt groter, terwijl de stijging aan zachte weggebruikers investeringen in fiets- en voetpaden noodzaakt.

We zullen meer geneigd zijn om naar de publieke ruimte te kijken vanuit het perspectief van fietsers en wandelaars, wat de hele inrichting van de publieke ruimte op zijn kop zet aangezien de auto op de meeste plaatsen dominant is, wat ten koste gaat van ruimte en veiligheid voor andere vervoersmodi. Minder autoverkeer zorgt ervoor dat fietsers en wandelaars zich veiliger voelen waardoor ze ook sneller de wagen laten staan. Sommigen zouden na een tijd zich zelfs bedenken hoe idioot het is dat een weg een ruimte is op maat van twee auto’s die elkaar passeren, vaak chauffeurs met naast zich een lege passagierszetel, terwijl er voor andere energievriendelijke en ongemotoriseerde verplaatsingsvormen nauwelijks ruimte is. Dit alles uiteraard met het bijbehorende park aan duur verkeersmeubilair dat zonder wagens volkomen overbodig zou zijn en verharde ruimtes die publieke ruimte stelen ten koste van groen en zachte vervoersmodi om al die individuele wagens met op lukrake momenten openzwaaiende portieren te stallen.

Mensen worden niet alleen ouder en gezond ouder omdat er minder auto’s rijden, ook omdat er minder fijnstof is dat Vlamingen momenteel gemiddeld vijftien jaar minder lang gezond doet leven en ook omdat er minder lawaai is dat nu jaarlijks voor 1.600 vroegtijdige sterftegevallen zorgt in België, vooral ten gevolge van autoverkeer. Ook werkgevers komen na een tijd op een positief rekensommetje uit: al dat gefiets leidt tot minder ziektedagen. Zelfs automobilisten zelf zien voordelen: minder andere auto’s betekent minder files en sneller een parkeerplaats vinden. Niet alleen veranderen de manieren waarop mensen zich verplaatsen, ook wordt de publieke ruimte niet langer louter beschouwd als een instrument om je zo snel mogelijk van X naar Y te verplaatsen, maar als een plaats om te verblijven. Totale gekte: na een tijd spelen er her en der kinderen op straat zonder dat hun ouders onder toezicht worden geplaatst. Nog moeilijker voor te stellen: parkeerplaatsen verdwijnen voor stukjes groen zoals schaduwgevende bomen. In de verte dreigt zelfs een klimaatdoel te worden behaald (Oké, ik moet misschien ook niet overdrijven).

In het begin gaan fietsers geen helm opzetten en zijn ze mordicus tegen een fietshelmplicht. Logisch ook, het zou automobilisten weer in de wagen jagen. Ik moet niet ophelderen dat een fietshelm het verkeer niet veiliger maakt, maar minder wagens en meer infrastructuur op maat van zachte weggebruikers wel, een evolutie die de autohelmplicht in gang zal zetten. Na verloop van tijd beginnen echter almaar meer fietsers een helm te dragen, hoewel ze die niet in hun auto kunnen laten liggen. Uit solidariteit met die arme automobilisten, maar ook omdat een fietshelm het sluitstuk is van een veilige fietscultuur en niet zoals men lang voorhield het centrale object in fietsveiligheidsdebatten, omdat het goedkoper is en cultureel minder gevaarlijk om de verantwoordelijkheid te leggen bij individuele fietsers dan fietsen echt veiliger te maken en in te grijpen op het autoverkeer. Maar om dat te begrijpen, had men eerst een autohelmplicht nodig. Leefbare straten, groene wijken en gezonde mensen: de autohelmplicht zal uiteindelijk een kleine last blijken ten voordele van veel maatschappelijke lusten. Het is me echt een raadsel waarom ze er nog niet is.   

Matthias Vangenechten

28. Ook ik was op de belangrijke top in Den Haag

De voorbije week vond in Den Haag een top met de 32 rijkste landen van de wereld plaats die zoals bekend het doel had om honger, armoede en andere diepe ellende uit de wereld te helpen. Ook ik was erbij.

De top startte nochtans niet onder het beste gesternte. Het rijkste land dreigde ermee niet te komen, omdat de andere landen geen 5% van hun bbp uitgeven aan armoedebestrijding, gezondheid en zaken die passen in het kader van internationale rechtvaardigheid en solidariteit. Eerder had het rijkste land ook al negentig procent bezuinigd op het budget van het eigen agentschap voor ontwikkelingshulp. In realiteit gaat dit over tientallen miljarden die niet naar hulp gaan voor de mondiaal kwetsbaarsten, met naarmate de tijd vordert een almaar groter aantal doden als gevolg.

Je kunt het protest hiertegen wel raden. Mensen die sterven omdat ze van de ene op de andere dag geen toegang meer hebben tot veilig voedsel en elementaire gezondheidszorg, doet mensen die leven in welstand een beetje beduusd stilstaan bij hun gunstige lot dat het resultaat is van toeval en weinig anders. Het maatschappelijke protest viseerde niet alleen het rijkste land van de wereld, maar keerde zich al snel tegen de eigen nationale regeringen. Ineens ging het in de parlementen van West-Europa nog maar over één ding: hoe kan het zijn dat hun land met weliswaar de nodige gebreken maar met veel welvaart en stabiliteit niet eens de vereiste 0,7% van het bbp uitgeeft aan ontwikkelingshulp?

In elk van deze parlementen deden de regeringsleiders de belofte om het budget voor wereldwijde armoedebestrijding op te schroeven en om op zijn minst het minimumdoel van 0,7% binnen het jaar te halen. De leider van het rijkste land deed er nog een schepje bovenop: hij zou maar naar de top in Den Haag komen als de andere landen 5% van het bbp besteden aan armoedebestrijding in de brede zin van het woord. Extra geld is nodig, maar 5% van het bbp? Nu kwam hier protest tegen. Vanwaar moet al dat geld komen? En de armoede in eigen land dan? Zouden we die niet beter eerst oplossen? Toen gebeurde er iets bijzonders: de regeringsleiders in alle landen hielden bevlogen speeches die het belang van vrede en veiligheid uitdrukten in termen van voedselvoorziening, armoedebestrijding, huisvesting, gezondheidszorg en onderwijs. Niet omdat de leider van het rijkste land het oplegt, maar omdat mondiale hulp niet alleen valt af te schuiven op het rijkste land ter wereld dat onderhevig kan zijn aan actuele schokken en grillen die eigen zijn aan politiek en waar mensen in een precaire situatie niet het slachtoffer van mogen worden.

Tot het einde was het spannend of de president van het rijkste land wilde komen. Het is heus niet zo dat hij dat deed om de aandacht op hem te vestigen, wel omdat de andere landen het eens waren dat ze meer moesten doen, maar dat ze er nog niet uit waren hoe ze dat zouden doen. Uiteindelijk werd beslist om binnen de tien jaar 5% van het bbp uit te geven aan ontwikkelingsbeleid waarvan 1,5% kan worden besteed aan interne aangelegenheden zoals het bestrijden van dakloosheid, opvang voorzien voor asielzoekers, het klimaatadaptief maken van bewoonde gebieden of een tekort van 150.000 sociale woningen oplossen. (Dat laatste is uiteraard een hypothetisch voorbeeld, tenzij je misschien een land bent van tweehonderd miljoen inwoners.)

En ja, door de kleuterachtige vleierijen voor de camera’s van de andere wereldleiders leek het even de essentie te zijn van de top, maar de leider van het rijkste land daagde op. Het geneerde hem zichtbaar en hij wilde liever zijn aanwezigheid discreet houden, maar hij had geleerd dat het nu eenmaal bij zijn job hoort. Hij beloofde ook de vijf procent te halen en alle bezuinigingen terug te draaien en hij hoorde zichzelf zeggen dat deze top moest leren of het verlies van mensenlevens nog iets te betekenen heeft en dat het antwoord ‘ja’ is. Alle politici verdedigden vol vuur het akkoord. Er verscheen weleens een dissidente stem in een talkshow die op dat moment toevallig een boek had te verkopen, maar die werd door de andere tafelgasten op zijn morele verantwoordelijkheid gewezen.  

Zelfs de Belgische minister van Defensie sprak zich uit dat we om oorlog, instabiliteit en ontbering te voorkomen niet kunnen wachten tot 2029, maar dat het geld er nu moet zijn. Al formuleerde hij wel één bedenking: ‘Versta me niet verkeerd: we hebben jarenlang te weinig geld uitgegeven aan ontwikkelingsbeleid. Tegelijkertijd moeten we ook landen bestraffen die de internationale hulp tenietdoen door pakweg ziekenhuizen te bombarderen of burgers te beschieten die aanschuiven bij voedselhulpposten, op zijn minst door alle economische banden met ze door te knippen.’

Matthias Vangenechten

27. Pleidooi voor meer zelfdestructie

Laat ik met een positieve noot beginnen. We voeren eindeloze oorlogen, we laten mensen uithongeren en Bar Goens is een televisieprogramma. We doen als mens met andere woorden al heel veel dingen goed slecht. Toch is deze column een noodkreet. In chaotische tijden is het verleidelijk om de aandacht voor het klimaat te laten verslappen.

De cijfers en de modellen bewijzen dat onze inspanningen om het klimaat te verknoeien onvoldoende zijn. Het klopt dat we de 1,5°C of 2°C opwarming voor 2100 zeker halen. De meeste modellen zijn zelfs optimistisch over 2,5°C opwarming. Maar aan dit tempo is het nog niet zeker of we de 3°C opwarming halen, die pas echt zekerheid geeft dat de kantelpunten in het klimaat op korte termijn worden bereikt. Het is van belang om in te zien dat hoe meer de aarde opwarmt, hoe groter de kans op onomkeerbare veranderingen die een cascade aan rampen in gang zetten en die mooi meegenomen de aarde versneld doen opwarmen, hoe sneller deze planeet van de mens is verlost.

Het lijkt dat we aardig op weg zijn om een nimmer geziene klimaatverandering te bewerkstelligen en dat is ook zo. Maar het groeipad gaat te traag. Willen de dertigers van vandaag de ondergang van de mensheid op hun Instagram kunnen zetten, zal het een tandje sneller moeten. Dat is een verantwoordelijkheid van iedereen. Als we wachten op overheden komen we te laat. We zullen als burgers zelf het heft in handen moeten nemen. En ja, er is hoop. We stemmen op politici die de afstandsregels tussen windmolens in gigameters willen uitdrukken, we bouwen waar we beter niet bouwen en procederen tegen bouwen waar bouwen best wel gebeurt en de aanwezigheid van zachte weggebruikers houdt ons niet tegen om te tokkelen achter het stuur. Bovendien kennen we alle ingrediënten om een klimaatcatastrofe van ongeziene schaal te bewerkstelligen. Toch talmen we. Wat ik hier gewaarword, is onmacht. Onmacht omdat burgers niet weten wat ze zelf nog meer kunnen doen. Omdat we denken dat we deel zijn van een systeem en onze bijdragen maar een peulenschil zijn. We kunnen nochtans zo veel meer doen dan we soms denken.

Ja, kap die ene boom die in je tuin staat om. Begin met het verharden van je tuin. Spreek je buur met zijn zonnepanelen aan. Leg veengebied droog en zet er megalomane koeienstallen. Zet die verwarming een graadje of vijf hoger. Ja, het is zomer. Maar waarom niet? Besproei je kunstgrasmatje ook lekker ’s nachts. Laat het kraantje lopen terwijl je je tanden poetst. Eet principieel alleen vlees dat van de andere kant van de wereld komt. Verkies politici die de fiets verbieden in dorpscentra en die de maximumsnelheid overal met 50 kilometer per uur willen verhogen. Blokkeer een fietsbrug voor een onleefbaar klimaat. Onderhandel beenhard met je werkgever over een vliegvergoeding voor je gependel tussen Brussel en Antwerpen. Compenseer de dagen dat je niet met het vliegtuig gaat naar je werk met het kappen van een hectare bomen in het Amazonewoud. Koop die hypervervuilende monsterauto die extra verharde parkeerruimte behoeft.

Het lijken misschien een na een banale acties, maar opgeteld maken ze echt het verschil. Onze acties verschaffen overheden het draagvlak om geen halfslachtig catastrofaal klimaatbeleid te voeren zoals nu, maar een ondubbelzinnig catastrofaal klimaatbeleid. En ja, elke tiende van een graad maakt hierbij een verschil. Als je op een dag dan de neiging hebt om met de fiets lokaal geteelde seizoensgebonden groenten te kopen, weet dan dat je dit niet kunt maken ten aanzien van de generaties na ons. Je wilt niet dat je kleinkinderen het einde van de mensheid moeten meemaken omdat wij het moreel moeilijk vonden om de wereld volledig naar de knoppen te helpen.

26. Hoe erg vind jij een genocide? Doe hier de test!

Hoe onbewogen laten beelden en berichten van dode en hongerlijdende onschuldige burgers jou? Doe hier de test!

1. Op televisie verschijnen hongerlijdende kinderen. Jij zet de televisie uit omdat …

a) je de beelden niet kunt verdragen omdat ze afschuwelijk zijn en het onbegrijpelijk is dat de wereld dit maar laat passeren. (1)

b) je intussen wel weet dat het erg is wat er in Gaza gebeurt, je er toch niks aan kunt doen en het overal wel iets is. (2)

c) je het wel hebt gehad met de eenzijdige linkse woke deugpronkerij. (3)

2. Genocide is voor jou …

a) het opzettelijk en structureel doden van een groep mensen zoals nu in Gaza gebeurt. Noem het voor jouw part anders, zolang het maar over de gruwelijkheden gaat in Gaza. Je snapt ook dat mensen met anders nimmer een grote taalgevoeligheid die plots al de nuances van het woord genocide kennen dat doen om af te dwalen van de essentie, met name het onbevattelijke weerzinwekkends wat de Gazanen treft. (1)

b) een juridische term die niet lichtzinnig mag worden gebruikt, wat niet wegneemt dat wanneer men je expliciet ernaar vraagt je antwoordt dat de situatie in Gaza best zorgelijk is. (2)

c) het lot van de blanken in Zuid-Afrika. (3)

3. Beoordeel de volgende stelling: het gaat te veel over Gaza in de media.

a) Je kunt alleen maar druk zetten door het ergens over te hebben. Gezien het uitblijven van resultaten moet worden geconcludeerd dat het te weinig over Gaza gaat. (1)

b) Het is goed dat we het erover hebben, we mogen je niet verkeerd verstaan, maar de mensen hier hebben ook problemen. (2)

c) Een bewust afleidingsmanoeuvre om het niet moet te hebben over de gevaren van woke. (3)

4. In haar omgang met Israël moeten de regeringen in dit land …

a) het Israëlische regime op elke mogelijke wijze onder druk zetten om de oorlog in Gaza te stoppen. (1)

b) haar zorgen uitdrukken over de situatie in Gaza en de Israëlische regeringsleden die een etnische zuivering bepleiten, maar ons als burgers daar niet mee lastigvallen. (2)

c) Israël alsnog feliciteren met haar prestatie op het Eurovisiesongfestival en excuses aanbieden voor de vooringenomen vakjury die dictatoriaal ingaat tegen de stem van het volk. (3)

5. Het Eurovisiesongfestival is …

a) een liedjesfestijn dat nooit apolitiek is geweest. Israël laten meedoen is even politiek als Israël niet laten meedoen. (1)

b) een vermakelijke avond die ook weer moet worden afgepakt. Je laat in het midden door wie. (2)

c) niet je goedkoopste avond. Maar goed, je hebt er heel wat voor over om de stem van het volk tot uitdrukking te brengen. Daarom dat je twintig keer op Israël hebt gestemd. (3)

6. U voelt zich moreel bezwaard om naar Israël te reizen.

a) Al voor de oorlog in Gaza. (1)

b) Wat zegt het reisadvies van Buitenlandse Zaken? (2)

c) Je vliegt elk weekend naar Tel Aviv om een statement te maken op uw sociale media. (3)

7. Als u zich informeert over de oorlog in Gaza, doet u dat via de opiniestukken en interviews van …

a) Brigitte Herremans. (1)

b) Gert Verhulst. (2)

c) Maarten Boudry. (5)

Tel nu de punten op die je hebt behaald en bekijk hieronder wat jouw score betekent!

7-9

Je vindt genocides maar niks. Al die dode en hongerlijdende mensen en kinderen maken je droevig. Je kunt niet begrijpen dat etnische zuiveringen en acute hongersnoden mensen onverschillig kunnen laten. Je zorgt voor polarisatie en controverse omdat je vindt dat genocideplegers moeten worden gestraft. Let op dat je niet als linkse deugneus wordt gezien.

10-14

Dode en ondervoede kinderen? Van de kaart geveegde woonwijken? Aanvallen op hulpverleners? Het creëren van levensomstandigheden die maar één uitkomst kunnen hebben, namelijk de dood? Je vindt het onnodig en zelfs zorgelijk. Maar goed, het is ingewikkeld. Te ingewikkeld om een ondubbelzinnig standpunt te formuleren. Als alle partijen nu eens gewoon water bij de wijn zouden doen en dan lekker verder leven, dat zou veel ellende besparen. Maar ja, gezond verstand blijkt voor velen ingewikkeld.

15-22

Op sociale media ben je de trotse bezitter van verschillende accounts die mensen voor hamaslover of antisemiet uitschelden wanneer ze boos of verdrietig zijn over de genocide in Gaza. Je wil tegengas bieden aan de linkse media die naar jouw mening de andere kant niet belichten van het stelselmatig uithongeren, verdrijven en vermoorden van onschuldige Palestijnen omdat ze Palestijn zijn. Kijk bij het in kaart brengen van je vermogen zekerheidshalve na of je toevallig geen nederzetting bezit op de Westelijke Jordaanoever. Meer dan drie zelfs? We wisten het wel.

23

Fijn dat je de test ook hebt gedaan, Theo.

Matthias Vangenechten

25. Prijscatalogus federale regering

Voor slechts 160 euro kunt u een lezing vol primeurs krijgen hoe de federale regering werkzoekenden het leven moeilijk maakt. Dat is noodzakelijk niet het enige wat de federale regering aanbiedt om de begroting op orde te krijgen. Ontdek hier de hele prijscatalogus van de regering.

1. Cursus brieven sturen met het kabinet-Verlinden (250 euro pp)

Door alle beschikbare moderne communicatiemogelijkheden is het versturen van brieven in onbruik geraakt ondanks de charme ervan. Daar wil het kabinet van Annelies Verlinden wat aan doen. Cursisten leren hoe ze een mooie verzorgde brief schrijven, hoe ze die vervolgens netjes in een enveloppe steken en ze leren een brief volledig en precies te adresseren en voldoende te frankeren. De cursusinformatie vermeldt het niet, vast omdat het zo vanzelfsprekend is, maar cursisten leren tot slot ook om hun brief daadwerkelijk te verzenden. Het zou anders een beetje zonde zijn van al die moeite.

2. Lessenreeks leven zonder koffie, computers en printers met de minister van Justitie (499,95 euro)

Een noodpakket kan niet alles bevatten. Daarom is het belangrijk om ons ook mentaal voor te bereiden op de oorlog. Het ministerie van Justitie organiseert in dat kader een lessenreeks hoe je overleeft zonder koffie, computers en printers. Ze nodigt hiervoor een gevarieerd palet aan gastsprekers uit die door hun professionele achtergrond hier veel ervaring mee hebben zoals magistraten van de rechtbank van eerste aanleg, magistraten van de hoven van beroep en magistraten van het Hof van Cassatie. Door amper 49,95 extra op te hoesten, leert u ook werken met een faxtoestel in tijden dat niemand anders nog een faxtoestel heeft. De lessen worden niet opgenomen, maar na iedere les krijgen de deelnemers een verslag op hun tablet. Goed om te weten: het ministerie van Justitie voorziet zelf de klei.

3. Kroegentocht met Frank Vandenbroucke (149,95 euro, exclusief flesjes Spa Rood)

Eindelijk, eindelijk, eindelijk! De populaire kroegentocht met Conner Rousseau die sinds eind 2023 om onduidelijke redenen niet meer beschikbaar is, heeft een langverwachte opvolger gekregen. Voor een schamele 149,95 euro voert u al technische discussies over pensioenstelselhervormingen tot diep in de nacht in het warme gezelschap van een flesje Spa Rood. Zo decadent allemaal? Dan vertellen we u best niet dat aan het einde van de nacht Frank u mogelijk weet te verrassen met een zijuitstapje naar het budgettair kader voor de gezondheidszorgdoelstellingen.

4. Gazacoach (699 euro)

De Gazacoach leert u om te praten over de afgrijselijke situatie in Gaza als ware het een kruimeldiefstal van de Israëlische regering. U leert dat humanitaire catastrofes die te wijten zijn aan één moordzuchtig regime in hun context moeten worden geplaatst. U leert op evenwichtige wijze geen opinie te hebben over een complete uitroeiing van burgers en kinderen op een manier dat u de neutraliteit zelve lijkt en niet zelf stelling inneemt door geen stelling in te nemen omdat niks doen nu eenmaal een even politieke houding is als veroordelen, protesteren of goedpraten. Aan het eind van het traject krijgt u een kwartier lang beelden uit Gaza te zien van gebombardeerde ziekenhuizen en wijken, dode baby’s, afgeslachte hulpverleners, uitgehongerde kinderen alsook van Israëlische soldaten die op hun TikTok vertellen hoe vereerd ze zijn Gazanen te kunnen afslachten en leden van de Israëlische regering die opgewonden raken van een etnische zuivering in Gaza. U bent geslaagd mocht u in staat zijn om deze situatie te beschrijven zonder het woord genocide in de mond te nemen.

5. Tips om online geweldloos te communiceren door Theo Francken (899 euro)

Zonder meer het paradepaardje in deze prijscatalogus. U kent vast de situatie. U zit in een gespannen situatie of u bent filosoof verbonden aan de UGent, u moet de juiste woorden vinden en hierop spuwt uw mond een stroom aan verwijten, drogredeneringen en leugens uit. U had dit liever vermeden of u bent filosoof verbonden aan de UGent. Na een intakegesprek geeft Theo Francken u gepersonaliseerde tips hoe u diplomatisch en geweldloos communiceert in moeilijke en minder moeilijke situaties. Extra geschikt voor politici met een X-account!

6. Lezingenreeks ‘Geld gooien in een bodemloze put’ (nu voor 399,50 in plaats van 349,50 euro per lezing)

Weet u uw geld niet gespendeerd? Voelt u soms de neiging om uw geld doordacht te spenderen? Geen nood, de federale regering organiseert een lezingenreeks die mensen moet helpen om hun geld over de balk te gooien. De lezingenreeks is op initiatief van het ministerie van Defensie, maar ze nodigt ook de andere regeringen in dit land uit om gastlezingen te geven. Terwijl Brussel zich door een gastspreker uit elke politiezone laat vertegenwoordigen, stuurt Vlaanderen een van de zestien subsidiecoaches bij haar in dienst. Na elke lezing kunt u in contact komen met de duurste consultants die u hierbij willen begeleiden en geld verkwisten als een proces zien dat nooit af is.

7. Fiscale achterpoortjes voor grote en semigrote bedrijven (995 euro)

995 euro lijkt een ferm bedrag voor een achterpoortje. Maar mispak u hier niet aan, dan hebt u ook meteen waar voor uw geld. In een persoonlijk onderhoud onthult de kabinetschef van de minister van Financiën welke fiscale achterpoortjes er bestaan op maat van uw bedrijf. Die zorgen ervoor dat u op jaarbasis eenvoudig enkele honderdduizenden of zelfs miljoenen euro’s minder belastingen kwijt bent aan de federale schatkist. Een duidelijke win-winsituatie, weet de federale regering. Oh ja, het fiscale achterpoortje is natuurlijk fiscaal aftrekbaar. Waar wacht u nog op?

Matthias Vangenechten