Moeten we ons schuldig voelen omdat we gewend raken aan kromme opiniestukken over terreur?
In een opiniestuk wijzen angstpsychologen erop dat mensen inzien dat ze te allen tijde met stupide opiniestukken over terreur geconfronteerd kunnen worden. ‘Er is een soort gewenning opgetreden. Opiniestukken over terreur boezemen nog angst in, maar onze beschaving zal niet vallen.’
In een opiniestuk ter opheldering van hun vorig opiniestuk, lichten de angstpsychologen hun stelling toe. ‘Opiniestukken over terreur maken deel uit van ons leven. We blijven het afgrijselijk vinden, maar verlammen doen ze niet meer. Daarnaast ontdekken almaar meer mensen dat je opiniestukken over terreur ook gewoon niet kunt lezen.’
‘Aan de meedogenloze overtuiging van het eigen grote gelijk en de onbevattelijke redeneringen ligt het niet. Dat is nooit veranderd. Dat we beseffen niet alles in de hand te hebben, is nieuw. Ooit dachten we dat opiniestukkenschrijvers ver weg leefden en uit hatelijkheid woord en verderf zaaiden. Niet dus, je buurman kan opiniemaker zijn.’
Angstpsychologen juichen de trend toe. ‘Het is goed dat mensen wennen aan kromme opiniestukken over terreur. Hoe vaker er opiniestukken over terreur worden geschreven, hoe minder indruk ze maken op lezers. Het ultieme doel van opiniemakers is uiteindelijk aandacht. Hoe minder reacties, hoe minder lollig het wordt, hoe kleiner de kans ze in De Afspraak komen en hoe sneller de opiniestukkendiarree stopt.’
Wetenschapsfilosoof Maarten Boudry jubelt niet. ‘Alle opiniestukken over terreur niet door mezelf geschreven zijn vele malen afschuwelijker dan wat de Nazi’s op hun kerfstok hebben. En relativeert er iemand hun daden? Ik dacht het niet.’
Experts waarschuwen in een ander opiniestuk wel. ‘Wanneer een naaste of Sven Ornelis plots terreurexpert blijkt, komt het allemaal wel heel dichtbij. En dan is er van het effect van gewenning niet langer sprake.’